Kweken doen we met kwekers, omdat deze bij ons niet uitvliegen verkleinen we het risico dat ze verloren gaan. Op deze manier is onze toekomst in de sport voor wat betreft genetica gewaarborgd. In onze combinatie concentreert Ben zich volledig op deze discipline, het kweken van nieuwe kampioenen!
Met heel veel energie maar vooral ook plezier heeft hij een kolonie verzamelt uit bewezen topvliegers en/of kwekers, dat zijn tegelijk ook basisvoorwaarden als het gaat om een plekje in het kweekhok! Vooraf aan nieuwe inbreng wordt er steeds een uitgebreide studie gedaan naar afstamming en vererving van de goede eigenschappen waarmee deze kampioensduiven in de schijnwerpers staan. Blijkt het een topper zonder goede nazaten, broers of zussen dan slaan we over en wordt er verder gekeken! Zo kan er bij nieuwe inbreng soms gekozen worden voor een duif met meerdere kopprijzen in de familie boven een jonge duif uit een nationale winnaar bijvoorbeeld. Dat wil niet zeggen dat er op het kweekhok geen kinderen, broers of zussen van nationale winnaars zitten, integendeel! geen vergane glorie maar uit de jongste generatie topvliegers en kwekers, moderne marathon duiven! Echte Airbenders, die de elementen steeds opnieuw weten te overwinnen, onvermoeibaar in weer en wind maar vooral ook scherp en slim, overlevers!
Op het kweekhok vindt je bijvoorbeeld kinderen van de “Benny Batman” van Smeets en Penris, de “Porsche” van Bernard Brouwer, het beste van Koen van Haarlem, familie Toom, familie Jacobs, Robin Bakhuis enz.

Waar geloven wij in bij de kweek!
-Alleen kweken uit de beste koppels, eieren worden overgelegd onder voedsterduiven waarmee het lukt tot wel 10 jonge duiven per seizoen te kweken uit koppels met de beste papieren.
-De topkweekkoppels zijn altijd 100% kruisingen wat direct betekent dat de variatie in de genenbank groot is.
-De geslachten worden regelmatig om gekoppeld, we hopen daarmee sneller een waardevol stel voor de kweek te ontdekken.
-Met het nageslacht dat goed presteert word experimenteel aan verwijderde inteelt gedaan (vastleggen goede eigenschappen)
-Elk jaar wordt er nieuw bloed bijgehaald, altijd uit duiven die kopprijzen vliegen op nationaal niveau of een broer of zus daarvan.
-Is er na 4 jaar nog geen bruikbare duif geboren dan verdwijnt de kweekduif van het kweekhok, dat geld voor alle duiven in het kweekhok waarvan er dan geen kind meer op het vlieghok zit.
-Op het kweekhok wordt er voor wat betreft uiterlijke kenmerken aan compensatiekweek gedaan. We hopen daarmee balans te vinden in de uiterlijke kenmerken van het nageslacht, een assortiment van duiven met gelijkenissen en vergelijkbare behoeften.

Selectie
Als jonge duif wordt er alleen geselecteerd op gezondheid tijdens het opgroeien in de nestpan, jongens of meisjes die in nestpan fysieke afwijkingen vertonen of achterblijven in groei worden verwijderd. In hun verdere jeugd mogen de jonge vogels best eens wat minder lekker in hun vel zitten, er moet dan een optelsom van negatieve factoren zijn om ze te verwijderen uit de kolonie, een schuwe duif vinden we een zwaar tellende negatieve factor. Het opvolgende levensjaar worden de duiven stevig aan de tand gevoeld en daarmee vervolgt de selectie zich. De jaarlingen worden elke week gespeeld, van vitesse tot en met de dagfond. De vogels welke met een goede voorbereiding en gestage opbouw in afstand na 10 uur vliegen fris thuis komen zijn favoriet, deze nog jonge duiven leggen als jaarling voor hun eerste echte Marathon minstens 2000 km af.

De eerste wedstrijdvlucht is Agen en 4 weken later volgt dan Narbonne.
Alle Jaarlingen die prijs vliegen op 1 van deze vluchten mogen blijven en hebben een plaatsje veroverd op het hok van de Airbenders.
Oude duiven, 2 jaar en ouder, krijgen 1,2 of 3 lange afstandsvluchten te verwerken. Om hun positie bij de Airbenders voor het opvolgende jaar te handhaven wordt er minimaal een kopprijs op regionaal niveau verwacht.
Een stevige aanpak met een wiskundige benadering.

Rekenen
Door maximaal te kweken uit duiven met de beste papieren, 8 tot 10 jonge duiven per koppel en ook regelmatig om te koppelen zorgen we met onze kweekkolonie elk jaar weer voor ruim voldoende aanwas van jongeren met variatie in eigenschappen. We leren de jonge duiven voorzichtig en gespreid op waardoor we steeds opnieuw de helft van onze kolonie kunnen vervangen voor nieuwe potentiele kampioenen. Op deze manier lukt het om de vlieghokken jong en vitaal te houden. Het voorziet in de eerste voorwaarde voor succes, je moet duiven hebben om te kunnen spelen! Als er dan eens een Crack geboren wordt of een koppel ontdekt waar meerdere goede uit komen dan is dat geluk maar ook een beetje wiskunde.